Beknopte levensloop

Zolang ik mij kan herinneren heb ik getekend.
Het begon op blaadjes uit de prullemand,
met stiekem gehanteerde kleurpotloden van mijn broer.
Van die tekeningen is niets bewaard gebleven.
Tekenles, op de lagere school, bestond hoofdzakelijk
uit het netjes overtrekken en het zuinig inkleuren van plaatjes.
Ook daarvan rest slechts de herinnering.
Mijn eerste echte tekenles kreeg ik op het meisjeslyceum
Sancta Maria.
Het lokaal bevond zich in een sousterrain van een statig
maar afgetakeld herenhuis aan de Dreef te Haarlem.
Het rook er vruchtbaar, naar verf en rotte bladeren.
Het was zoals ik me de hemel voorstelde.
Toen wij gezeten waren beklom de leraar -wat 'n mooie,
artistieke man- zijn podium, nam een potje waterverf,
schroefde het dekseltje eraf, en weer erop, eraf, erop,
en zei bedroefd:
“Het is niet moeilijk. Kijk maar. Niet duwen, meisjes.
Niet trekken. Gewoon schroeven. Zo!”
Erop. Eraf
“En toch leren jullie het nooit.
Alleen al daarom geef ik liever les aan jongens."
Dat was in 1956.

Toen ik vijf jaar later voorzichtig begon te spreken over een
opleiding aan de kunstacademie, dreigden mijn ouders met
inhouding van zakgeld, de hel, het instituut Schoevers.
Dus ging ik helemaal niet meer naar school.
Ik maakte 16 stillevens, en had evenveel baantjes.
Daarna volgde een lange periode waarin ik niets anders deed
dan voor man en kinderen zorgen, maar toen het jongste
kind naar school ging zocht ik mijn tubes verf weer op.
En zie: de verf was niet verdroogd.
Ik had de dopjes goed dichtgeschroefd.
Voor het overige kunt u mij als autodidact beschouwen.
Tentoonstellingen van mijn werk zijn er geweest bij
de Heineken galerij, Galerie Lughien, Ottens Kunstgalerij,
de Hortus Botanicus, alle te Amsterdam; duincentrum
“de Zandwaaier” in Overveen en het Westfries Museum in Hoorn.

Aleida Leeuwenberg.